De oorspronkelijke titel van dit bericht was “en toen was het alweer voorbij…”. Maar dat gaf veel teveel de indruk alsof vandaag me overkomen was, alsof het te snel gegaan was. En het tegendeel is waar. Ik heb de afgelopen dagen op een heel intense, maar prettige manier beleefd. Er waren de nodige dingen die niet helemaal liepen zoals gepland, zoals het vanochtend nog moeten gaan omruilen van het hemd dat bij het rokkostuum hoorde. En de stroom mailjes en tweets met succeswensen of mails met afmeldingen namen een niveau aan dat het bijna overweldigend was. Want ik wil/wilde op elk bericht ook weer reageren. Dat heb ik (als ik me niet vergist heb) bij de tweets inmiddels gedaan, bij de mails doe ik dat morgen (donderdag) alsnog.
Ik zeg overigens morgen, maar ik anti-dateer dit bericht schaamteloos. Het is inmiddels ruim na middernacht, maar ik wil dit bericht plaatsen op de dag waar ik nog heel erg lang met heel veel plezier aan terug zal denken. Omdat het de afsluiting was van een heel leuk en leerzaam traject én omdat die afsluiting op een manier ging waarvoor ik vooraf absoluut getekend had.
Natuurlijk, iedereen zegt het vooraf: het is een formaliteit (is het ook) en jij bent degene die het meeste van het onderwerp weet (klopt). Maar ik had ook iedere keer uitgelegd: de manier waarop de presentatie en verdediging zouden verlopen was bepalend voor de glimlach waarmee ik er tijdens de receptie zou staan.
En die glimlach was breeduit.
Zeker, vandaag was niet de eerste presentatie die ik in mijn leven gaf. Ook niet de eerste presentatie die ik onder druk gaf, voor veel publiek gaf of waar voor mijn gevoel veel vanaf hing. En ik wist dus dat ik in staat hoorde te zijn om de stress en spanning die zich vooraf opbouwt te kanaliseren. Maar elke speciale situatie is toch weer wat anders en dus weet je dat vooraf nooit helemaal zeker.
Maar vandaag was zo’n dag waarop dat allemaal wel “gewoon” goed lukte. Ik dacht aan het rust nemen tussen de dia’s, aan het vooral niet te snel praten, had na de proefpromotie nog wat geschaafd aan de dia’s en nóg verder in de tekst gesneden. Het enige wat ik vergeten was, was om bij aanvang op de klok te kijken, dus had ik geen exact idee van waar ik in de tijd (max. 10 minuten) zat. Maar ik heb mijn verhaal in 10 minuten afgerond.
Daarna was het de beurt aan de oppositie om vragen te stellen over mijn onderzoek. Professor Martin Valcke mocht als eerste. Hij vroeg o.a. naar mijn definitie van “leren”. Geen gemakkelijke openingsvraag, maar hoewel ik mijn exacte antwoorden nu absoluut niet meer weet te herhalen, kreeg ik uit zijn reacties meer dan voldoende de indruk dat hij tevreden was met mijn antwoorden. En dat nam (denk ik terug kijkend achteraf) het laatste stukje spanning weg.
Professor Peter Sloep voelde me aan de tand over het taggen door studenten en de expert en of ik niet ten onrechte de indruk wekte dat de expert de kwaliteitsmaat was. Het fijne hier was dat dit naadloos aansloot bij een aantal discussies die we hierover ook gehad hadden (de promotor, begeleider en ikzelf). En dus ook hier was het geven van een antwoord iets was direct en vanzelf kwam.
Het was daarna de beurt aan professor Wim van der Aalst. Ik wist dat Wim zeer ervaren is op het gebied van procesmodellering en datamining. Ik had ter voorbereiding een aantal van zijn artikelen gelezen en gekeken waar hij zich mee bezig hield. De avond van te voren was, naar aanleiding van een paar vragen die hij via de mail gesteld had, al een gesprek via e-mail opgestart. En dat werd eigenlijk tijdens de oppositie voortgezet. En hoewel ik ook hier zeker niet exact vooraf wist wat er aan vragen gesteld zou worden, was de richting niet onverwacht en voelde het voor mij inmiddels al lang als een interessant gesprek en niet als (om maar eens iets te noemen) een moeilijk beoordelingsgesprek.
Dat gevoel werd extra versterkt door het gegeven dat alle opponenten heel vriendelijk waren, op een wijze die er voor zorgde dat de aanwezigen van tijd tot tijd in luidkeels gelach uitbarsten.
Toen professor Theo Bergen me daarna vroeg waarom ik nou net dit onderzoek gedaan had en niet veel beter had kunnen kijken of ik met meer activerend onderwijs etc. het leerproces van studenten had kunnen verbeteren, gaf hij me tijdens het stellen van de vraag zelf alle munitie die ik nodig had om die vraag te beantwoorden. Daarbij hielp het overigens ook dat ik tijdens de proefpromotie er nog eens extra aan herinnerd was dat er toch echt wel een verschil zit tussen onderwijskundigen en onderwijstechnologen! 🙂
Jan van Bruggen zette mijn zus, een van de twee paranimfen, daarna in om een van de stellingen voor te lezen waarover hij zijn vraag stelde. Die vraag kon ik niet eens compleet beantwoorden omdat daarna de pedel binnen kwam. Het was 5 uur. De tijd was op.
Nadat de pedel het cortège meegenomen had voor hun overleg, was het voor mij tijd om alle spullen op te ruimen en de aanwezigen uit te leggen dat de paranimfen en ikzelf na afloop even foto’s zouden gaan laten maken met het cortège en dat zij alvast naar De Zwarte Doos konden gaan.
Terwijl ik toegesproken werd door Wim Jochems, mijn promotor en ik de koker met documenten in handen had, begon het langzaamaan tot me door te dringen: het werk zat er op. Ik had het naar mijn eigen maatstaven goed gedaan, had er heel goed gevoel bij. Nu was het tijd voor feest.
En genoten heb ik. Ik heb intens genoten van de receptie. Ik hoop dat mensen niet té lang in de rij hebben moeten staan, maar ik heb uitgebreid met iedereen die kwam feliciteren kunnen praten en zo de receptie ook echt beleefd. En dat was ook tijdens het feest erna zo.
Daarom heb ik ook een meer dan tevreden gevoel over vandaag. De promotie verliep zo goed als ik me had kunnen wensen. De receptie/het feest daarom ook. Mijn glimlach was oprecht en niet van een boer met kiespijn (zoals had gekund als de verdediging slecht was verlopen). Kortom, een dag die ik me nog lang zal herinneren.
Daarnaast is het ook nog niet helemaal afgelopen. Er liggen een aantal voorstellen voor vervolg. En dat is prima wat mij betreft. Want ik heb nog lang geen genoeg van de combinatie van (praktijkgericht) onderzoek doen en ‘gewoon’ in de praktijk bezig zijn.
[update 07:01] Wilfred Rubens heeft een uitgebreide inhoudelijke blogpost geschreven over de verdediging.
Foto’s
De foto bij dit bericht is gemaakt door Erik Oomen.
Mocht jij er bij geweest zijn en nog foto’s hebben gemaakt. Stuur ze me dan op alsjeblieft. Liever niet via de mail, dan loopt mijn mailbox erg snel vol. Stop de foto’s dan in een of meerdere ZIP-bestanden (per ZIP-bestand maximaal 2GB) en verstuur ze gratis via http://www.wetransfer.com/. Dank je! 🙂
En ook van mij gefeliciteerd, Dr. Gorissen.
Ook nog bedankt voor het copie van je proefschrift- ik ben benieuwd!
Mooi dat je het zo positief ervaren hebt. Ik vond het leuk om er bij te zijn.
Wat een heerlijk verslag Pierre. Fijn dat het allemaal zo goed verlopen is. En alsnog van harte gefeliciteerd…
Dr. Pierre, dankzij deze heet-van-de-naald blog was ik er toch een beetje bij. Fijn dat je zo’n sterke verdediging hebt gegeven en na afloop genoeg energie over had om van de ontmoetingen te genieten.
Dr. Pierre, wat een goed geschreven verslag. Dank je wel. Zo was ik er toch een beetje bij. Je hebt je onderzoek afgerond en bekroond op een manier zoals je al die tijd eraan gewerkt hebt: standvastig, in balans en overtuigend. Van harte proficiat Pierre!
Van harte!
Met veel plezier en enige herkenning uit een wat langer verleden gelezen.
Pierre, van harte gefeliciteerd!!
Dikke proficiat, dr. Gorissen!! Ik herhaal het graag in het Nederlands Nederlands: hartelijk gefeliciteerd!! Following you since 2007 …
Bij gebrek aan “like” knoppen in het reactiesysteem dat ik gebruik, bij deze een welgemeend “dank je!” voor jullie felicitaties en reacties! 🙂 🙂